Home | About Us | Contact Us


EERSTE SCHOOLDISTRICT, EERSTE AFDELING in de provincie Overijssel, voor de tweede maal bezocht door Wijnbeek in 1840

Schoolopziener sedert de zomervergadeiing der Provinciale Commissie in 1839: Baron Mr. B. W. Sloet van Olthuis 34), regter in de Arrondissementsregtbank te Zwolle. Onder dit schoolressort behooren al de scholen van Zwolle en zeven gemeentescholen. Wijnbeek bezocht: Zwolle, Westenholte, Bergklooster, Wijthmen, Windesheim.Tweede Afdeeling. Mr. J.J. van Ingen. Kampen, Brunnepe, Kampereiland, Genemuiden, Grafhorst, IJsselmuiden, Kamper-Zeedijk, Wilsum, Zalk, Schokland.

ZWOLLE

De lagere scholen van Zwolle worden algemeen met lof vermeld. Die lof komt echter bijzonder toe aan de leer- en werkscholen van de armen-inrigting aldaar, tot welker doelmatigheid de ijverige pogingen van wijlen het lid van Gedeputeerde Staten, den Heer J. ter Pelkwijk, het meest heeft toegebracht. Bij mijn vorig bezoek werden zij in een min geschikt lokaal gehouden. Doch in 1839 heeft het Stedelijk Bestuur op de stadswallen bij de Diezerpoort een groot en fraai gebouw voor die scholen gezet, bestaande uit ruime, hooge, heldere zalen, met eene groote speelplaats. In twee benedenzalen, grenzende aan deze speelplaats, wordt de bewaarschool gehouden. Aldaar vond ik 250 armenkinderen van twee tot zeven jaren. De behandeling, de physieke, intellectuele en moreele opleiding dier kinderen geschiedt steeds naar het plan, door genoemden Heer gevormd en ingevoerd. Verbetering trof ik er dus niet aan; alleenlijk waren, voor de getalleer, de kuben vervangen door een zoogenaamde Rekenaar, zijnde een vierkant, houten raam, met tien horizontale roedjes boven elkander, op elk van welke zich tien houten balletjes bewegen. Door verschuiving dier balletjes worden de hoofdregels der rekenkunde op eene gemakkelijke en eenvoudige wijze aanschouwelijk geleerd. Over het algemeen kwam het mij voor, dat de kindertjes te lang achtereen met leeren werden bezig gehouden. Op den ouderdom van zeven jaren gaan deze kinderen over tot de dagscholen der armeninrigting, in twee bovenzalen gehouden. Deze kinderen leeren, bij verpoozing, het breyen, waarvoor twee benedenzalen bestemd zijn, de eene voor de jongens, de andere voor de meisjes. De meer gevorderde meisjes leeren het naaijen in eene bovenzaal, terwijl, des avonds, van 5 tot 8 uren, het gewone onderwijs wordt voortgezet, zoo voor die meisjes als voor de jongens, die bij dag op een ambacht zijn.
Op deze scholen kunnen de werkbazen eene keuze doen uit de jongens. leder kiest degenen, die hem het geschikste voor zijn ambacht toeschijnen. Hier komen ook de Zwolsche dames eene keuze uit de meisjes doen voor dienstboden. Die meisjes zijn zeer gezocht, uit hoofde van de verstandelijje en zedelijke opleiding, die zij hier Ontvangen.

Bij het schoolonderwijs worden nog steeds de denkbeelden van meergenoemden Heer gevolgd: klankmethode, getalleer, de regel van drieën naar het hoofdgetal (van zijne uitvinding), een weinig rede- en taalkundige ontleding, goed schrijven en Bijbelsche geschiedenis. Vermits in de Bewaarschool veel oefeningen plaats hebben in het zingen van versjes, op het gehoor, zoo worden op de dagschool die zangoefeningen voortgezet, doch niet op de avondschool. Voor de leerlingen der avondschool, die er aanleg toe hebben, zijn de Donderdag- en Vrijdagavonden opzettelijk voor theoretische en praktische oefeningen in de toonkunst bestemd. De jongens, die er lust en geschiktheid toe aan den dag leggen, worden des Zaterdagsavonds door eenen bekwamen muzijkmeester, Kruiner geheeten, geoefend op blaasinstrumenten. Ik heb zodanige muzijkles bijgewoond. De vorderingen waren opmerkelijk. Dat muzijkaal onderwijs is ingevoerd na den dood van den Heer ter Pelkwijk door den zorg van den Heer Luttenberg35), secretaris der stad, die zich sedert volijverig met de armeninrigting bemoeit. Aan het hoofd der dag- en avondschool staat de bekwame R. Hazel horst, aan dat der Bewaarschool eene zeer geschikte vrouw, H. ter Bruggen. In de dagschool zijn 210, in de avondschool 290 leerlingen.

De overige scholen heb ik meer opzettelijk dan te voren bezocht, als: Eene bewaarschool voor de meervermogenden van Mejuffr.Lussanet de la Sablonière, met ruim 100 kinderen.Er is slechts ééne zeer groote en geschikte zaal, een gewezen kerk; er ontbreekt alzoo eene speelplaats.
De stadsarmenschool; vooruitgang kon ik hier niet bemerken; ook niet in de school van het Departement tot Nut van 't Algemeen;
In de bijzondere scholen van A. de Roos, L. van den Herder, J. van Schrevers en J. H. de Lange, even buiten de Kamperpoort en in een vervallen school van. den bijzonder weinig geschikten G. W. Eskes. In al die scholen ontbrak het aan orde; in die van de Lange was het gedruisch en gewoel ondragelijk.
De eenige bijzondere lagere school, in welke volkomen orde zonder dwang heerste, is die van H. Kroese Ramaker. De vorderingen der leerlingen waren aldaar dan ook zeer opmerkelijk.
De dag- en kostschool voor jongens van den Heer L. C. Cnopius is op den vorigen voortreffelijken voet gebleven. Die bekwame onderwijzer, geholpen door drie geschikte ondermeesters, voldeed mij wederom allezins in het onderwijs van 't Fransch, Hoogduitsch, Engelsch, de geschiedenis en aardrijkskunde en in 't bijzonder van de wiskunde, wordende aldaar vele jongelieden opgeleid voor de Militaire Akademie. Er waren 60 dag- en 24 kostleerlingen. Het gewone schoolgeld is er fl 50,- waarbij nog komt fl 20,- voor het Engelsch en fl 15,- voor het Hoogduitsch. Doch vermits die prijs te hoog is voor den gewonen burgerstand, zoo houdt hij eene afzonderlijke Fransche school voor de kinderen uit dien stand, voor welke het geheele schoolgeld op fl 32,- is gesteld.

Eene zeer groote verbetering heeft de meisjesdag- en kostschool ondergaan. De vorige hoofdonderwijzeres is, uit hoofde van haar diiftigen aard, met pensioen ontslagen en opgevolgd door juffr.A. L. N. Büchner, die zich onderscheidt door al die hoedanigheden van verstand en hart, die men van eene opvoedster van meisjes uit den fatsoenlijken stand zoude verlangen. In 1839 heeft het Stedelijk Bestuur een groot en fraai gebouw uitmuntend ingerigt voor deze school. De hoofdonderwijzeres heeft zeven kundige hulponderwijzeressen, doch is zelve de ziel van het geheele onderwijs, of liever van de geheele verstandelijke en zedelijke opvoeding. Zij is van alle hare leerlingen schier aangebeden. Er waren niet minder dan 92 leerlingen in de dag- en 50 in de avondschool. Van dat getal zijn er 12 in de kost. Het schoolgeld is fl 32,- voor de dag- en 14,- voor de avondschool.
Het getal schoolgaande kinderen te Zwolle, niet die der Bewaarschool, maar wel die van het Weeshuis en der Israëlitische school daaronder begrepen, bedraagt op eene bevolking van 16.950 zielen 3280, dus nagenoeg een vijfde gedeelte der bevolking, doordat hier voor het onderwijs der kinderen van den behoeftigen stand zoo voorbeeldig gezorgd wordt.

Gemeentescholen

Van de zeven gemeentescholen der eerste afdeeling des eersten schooldistrict zijn er vier, in welke thans het geheele jaar door school gehouden wordt. Bij de vorige inspectie was dit alleen het geval met de school te Westenholte. Ik heb ze alle vier bezocht. Te Westenholte vond ik het onderwijs even doelmatig als te voren, doch den onderwijzer steeds nedergedrukt door de soberheid van zijn inkomen. Bij het schoolbezoeken ten platten lande vestig ik mijne aandacht ook op de schoollokalen. Hier is het groot en langwerpig, doch te breed voor het klassikaal onderwijs en zeer bouwvallig, zoodat de balken geschraagd worden. Het licht valt in vóór en achter de leerlingen, hetgeen zeer verkeerd is. Er waren 88 leerlingen.
De drie overige scholen zijn die te Bergklooster, in een verrukkelijke heuvelachtig oord, vol bosch aasjes, waar het klooster van Thomas á Kempis gestaan heeft. Het schoollokaal is nieuw, langwerpig, met hooge en breede ramen aan de beide zijden. De leerlingen zouden dus geen schaduw op hun schrift hebben, indien de onderwijzer H. Snijders niet had goedgevonden de tafels dwars te plaatsen, zoodat zij het licht voor en achter hebben. Hier is meer dan genoeg ruimte voor het 60-tal leerlingen, doch er is gebrek aan een genoegzaam getal tafels. De meester bezigde vrij gepast de letterkas voor de klankmethode. Doch het lezen was eentonig, ook van den onderwijzer zelven. leder kind bijna had een afzonderlijk leesboekje. Het verder onderwijs in rede- en taalkundige ontleding, beoefening der nieuwe maten en gewigten, het uit het hoofd rekenen, als ook het schrijven, hoewel de meester zelf geen meesterlijke hand schrijft, worden er vrij goed beoefend. Doch aan geschiedenis en aardrijkskunde wordt hier niet gedacht. De man vond ik te veel ingenomen met zich zelven om teregt gewezen te worden.
Te Wijthmen; hier is het lezen niet dan middelmatig en het daglicht niet voldoende, komende hetzelve slechts van eene zijde, terwijl de tafels almede in de breedte staan en de kleinen gezeten zijn op bankjes zonder lessenaars, zoodat zij de leitjes en boekjes in de hand moeten houden. Ook hier is te veel verscheidenheid van leesboekjes. De onderwijzer L. Ellen wilde echter naar teregt wijzing hooren. Zijn overig onderwijs was vrij goed en zijn omgang met de kinderen eenvoudig, liefderijk, vrolijk. Op de zedelijke opvoeding scheen hij zich bijzonder toe te leggen. Hij ving zijn onderwijs aan met een gepast gebed, waartoe hij de leerlingen in eerbiedige stemming bragt. Allen, jongens en meisjes, bidden staande. Er gaan hier 30 leerlingen nagenoeg ter school.
Te Windesheim: hier vond ik den onderwijzer J. Westerhof in eenen ziekelijken toestand. Voor zijne taak scheen hij echter in het algemeen wel berekend, doch de letterkas wist hij niet doelmatig aan te wenden. Hij sprak b.v. de klanken en lettergrepen eerst zelve uit en liet ze dan door de kinderen nazeggen. Er werd op natuurlijken toon gelezen, doch wat afgebroken. Al het verdere onderwijs was voldoende voor eene boerenschool. Vooral beviel mij hier het driestemmig gezang. Er zijn hier 110 leerlingen.
Deze vier scholen worden bezocht door nagenoeg 350 kinderen. Die der drie winterscholen door ruim 160, dus zamen door 510, hetwelk van eene bevolking van 3900 zielen een achtste gedeelte bedraagt.
De schoolopziener zal bijzonder veel zorg moeten aanwenden om in het schoolonderwijs van zijn ressort de noodige verbeteringen daar te stellen. Dat ressort is, kort na mijn vorig bezoek, door den dood van G. Leen van een bekwamen schoolopziener beroofd geworden, en, sedert een geruimen tijd, door dien van de Tweede Afdeeling des eersten districts tijdelijk waargenomen, die, door den afstand zijner woonplaats, buiten staat was een gestadig toezigt over de scholen van hetzelve te houden en de onderwijzersgezelschappen te besturen.

EERSTE SCHOOLDISTRICT, TWEEDE AFDEELING in de provincie Overijssel, voor de tweede maal bezocht door Wijnbeek in 1840

Schoolopziener Mr. J. J. van Ingen, lid van den Stedelijken Raad te Kampen.

KAMPEN

Hier is de staat der kleine kinderscholen nog op den vroegeren gebrekkigen voet. Doch in dien der lagere schoollokalen is sedert mijn vorig bezoek groote verbetering gebragt door de krachtdadige tusschenkomst van den Gouverneur 36). Ook is het onderwijs in vele der lagere scholen aanmerkelijk verbeterd.
De scholen voor armen en minvermogenden werden nu nog wel in het vorige lokaal gehouden. Doch er werd een uitmuntend gebouw gezet, groot genoeg voor meer dan 500 kinderen. Het is bestemd alleen voor de armen, zullende het tegenwoordig lokaal uitsluitend voor minvermogenden dienen. De bekwame onderwijzer W. L. de Rooij zal de school voor laatstgenoemden behouden. Doch voor de armenschool zal er een afzonderlijk onderwijzer aan. gesteld worden.
De Rooij gebruikt nog soms voor de klankmethode het rad van Nieuwold 37), doch tevens de meer doelmatige letterkas van Prinsen. Voorts werden de kinderen hier gepast geoefend in de be ginsels van getalleer, rede- en taalkundige ontleding, het opstellen van brieven en rekeningën, de Bijbelsche geschiedenis en het gezang. De onderwijzer maakt veel werk van de christelijk- zedenkundige opvoeding der leerlingen. Hij had er 400.
Van de burgerscholen wordt de eene, welke den kundigen K. Kooijman tot hoofdonderwijzer heeft, nog gehouden in een zeer hoog, gewelfd lokaal, met een lastigen weerklank, die men niet heeft kunnen overwinnen door het lokaal in tweeën te scheiden. Misschien zou dit gebrek verholpen worden, indien de houten vloer door een steenen vervangen werd. De brave man verkwijnt er onder. Hier zijn omtrent 140 leerlingen.

Beter is voorzien in de tweede burgerschool. Het vorige, donkere, bedompte en veel te bekrompen vertrek is vervangen door een fraai, ruim, gewuifd lokaal, langwerpig, met invallend licht ter regter- en linkerzijde van de leerlingen, en voorzien van goede tafels en verdere schoolmeubelen. De oude ongeschikte onderwijzer Prins wandelde nog in de school rond, ofschoon hij ontslagen is, opgevolgd zijnde door zijn zoon, die beter is opgeleid, maar ook nog Nieuwold's rad bezigt, en de kleinen op zangerigen toon leert lezen. Eerst in de hoogste klasse is de leestoon gepast. Voorts is het schrift zeer goed, doch vond ik het onderwijs nog niet op de hoogte van dat des voormelden onderwijzers de Rooij. De Bijbelsche geschiedenis droeg hij voor in vrij drooge verhalen. Er waren nagenoeg 190 leerlingen.
Te Brunnepe, even buiten de poort, vond ik het bekrompen en oude schoollokaal mede vervangen door een nieuw en wel ingerigt gebouw, doch te klein. Het was met 112 kinderen gevuld. Men ving aan met een godsdienstig lied, op eerbiedige wijze gezongen. Voorts werd er de klankmethode aangewend op het zwarte bord. De leestoon was treurig. H. Kroese leerde redekundig ontleden doch op eene te ingewikkelde wijze; voorts een weinig taalkunde, de eerste beginsels der getalleer, de nieuwe maten en gewigten, rekenen uit het hoofd en vrij goed schrijven.
Onder Kampen behoort het Kampereiland. De kerk, de pastorie, de school en de onderwijzerswoning zijn één gebouw, staande op eene hoogte te midden van weilanden. De school wordt bezocht hoogstens door een 80-tal kinderen, die herwaarts van die eilanden moeten komen, genaamd: Mandemakerseiland (Mantjewerd), Pijper- en Raas, Vos- en Kattewaard, behalve de kinderen, die het Binneneiland, waarop de school staat, bewonen. Sommigen moeten van een uur afstands komen en drie malen overvaren. Zij dragen mandjes, voorzien van boterhammen, want zij blijven den middag over. Het lokaal is langwerpig; en veel te klein. Het daglicht valt er in achter en ter linkerzijde van de leerlingen. Al de eilanders zijn van de Hervormde godsdienst. De werkzaamheden worden dus aangevangen met het stichtelijk zingen van een der Evangelische gezangen. De 70-jarige J. Punt was nog vrij krachtig en ijveiig, leerde lezen door middel der klankmethode op't bord, doch voorafgegaan van spellen. Men las en schreef over 't algemeen vrij goed, rekende een weinig, alles voldoende voor die eenvoudige eilanders.

In Kampen zelve is de meisjesschool nog onvoldoende en de bejaarde onderwijzeres Mevrouw W. H. Glaser onvatbaar voor verbetering. Er waren slechts 20 leerlingen.
Het opvoedingsgesticht van J. van Wijck Roelofsz. is er nog op denzelfden goeden voet. Doch het getal kostdiscipelen is er zeer verminderd. Er waren er nu niet meer dan 16; bij mijn vorig bezoek was er een 70-tal. De dood van zijn zoon, die er met het hoogere gedeelte der wiskunde belast was, heeft een zware slag aan deze inrigting toegebragt. Er is nog een 60-tal dagleerlingen.
Kampen en Kampereiland tellen 9072 zielen, en de scholen, de Israëlitische en die der beide Weeshuizen daaronder begrepen, bevatten 1200 leerlingen. Dat is een van 71/2, doch wanneer de school voor armenkinderen zal gereed zijn, van welke thans nog een groot getal verstoken zijn van het schoolonderwijs, zal de verhouding wel worden van 1 tot 6.

Gemeentescholen

Van de 11 gemeentescholen van dit schoolressort zijn er 9 op het vasteland en twee op Schokland. Ik heb de volgende bezocht; Genemuiden; hier vond ik veel redenen van tevredenheid. Er zijn twee scholen, het eene voor de onderste afdeeling, het andere voor de twee bovenste. Het lokaal der onderste afdeeling is langwerpig, doch opdat de kinderen het licht niet vóór of achter, maar ter beider zijden zouden hebben, zijn de tafels in de breedte geplaatst, welke rigting echter ongeschikt is voor het klassikaal onderwijs. De school ving aan met een eerbiedig gebed door den meester A. Veerman. Klankmethode op het bord, aanvankelijk lezen, schrijven op leitjes, waarvan al de kinderen voorzien waren, het zingen, was zeer voldoende.
Het andere lokaal is mede langwerpig en heeft ook het licht terzijden. De leestoon is hier regt gepast, ofschoon de klemtoon somtijds verkeerd geplaatst werd, zooals uitvóeren. Rede- en taal kundige ontleding, rekenkunde op de lei en uit het hoofd, oefening in het maten- en gewigtstelsel, Vaderlandsche geschiedenis, aardrijkskunde, dat alles was zeer gepast. Vermits deze gemeente geheel Protestantsch is, wordt hier in den Bijbel gelezen. Dit geschiedde met eerbied door den onderwijzer, A. Vos. De beide scholen worden bezocht door ongeveer 270 kinderen. Een 60 tal kinderen van Afgescheidenen worden hier door hunne ouders van school afgehouden en zijn daardoor ten uiterste verwaarloosd.

Grafhorst; het schoollokaal is te klein voor het 80tal leerlingen, die ik er aantrof. 's Winters is dat getal veel geringer, omdat de oudste alsdan zich bezig houden met het mattenmaken. Het onderwijs was hier matig.
IJsselmulden; in dit thans ruim en zeer doelmatig ingerigte lokaal is het onderwijs, onder den tegenwoordigen onderwijzer J. Hoogenkamp veel beter dan onder den vorigen. Hét getal kinderen was thans gering, doordien de grootste aan den veldarbeid waren. in den winter is het omtrent 150. Uitgezonderd een weinig beteekenend taalkundig onderrigt vond ik hier het onderwijs allezins doelmatig door een bekwamen ondermeester H. Smits in de onderste klasse gegeven. De hoofdonderwijzer, gevormd door den wiskundigen Kooijman te Kampen, kwam mij voor beter geschikt te zijn voor eene stads- dan voor eene dorpsschool.
Kamper-Zeedijk; het lokaal is vierkant en zeer klein. Thans waren er slechts 28 kinderen, doch in den winter klimt het getal tot 80. De onderwijzer P. Mokken is verdraaid van lighaam maar niet van ziel. Zijn onderwijs is fiksch; de leerlingen hadden in alles goede vorderingen gemaakt, behalve in het metriekstelsel. Hier heerschte ook volmaakte orde.
Wilsum; het bekrompen, vierkante lokaal, waarin de kinderen zamengepakt waren, stond vergroot te worden. Men ving het onderwijs aan met een gebed, door een kind opgezegd, waarvan ik de verkeerdheid aan den meester deed opmerken. Al de leerlingen, dus ook de meisjes, stonden onder het gebed. De onderwijzer P. H. van Lier overleden zijnde, werd de school door zijn zoon waar genomen, op wiens onderwijs nog al wat aan te merken viel.
Zalk; de onderwijzer W. E. Doorn had ik, zeven jaar geleden, als onderwijzer te Eschmark bij Enschedé (in het derde schooldistrict) aangetroffen. Had ik toen redenen om hem oplettend te maken op zijn voor boerenkinderen te hoog opgevoerd onderwijs, thans bleek het dat die les door hem niet was veronachtzaamd. Ook hier ving men aán met een gebed; de ondermeester verrigte het. Er werd zeer goed gezongen, doch alleen door de hoogste klasse. Klankmethode op het bord, aanschouwelijk tellen; vrij goede leestoon; redekundige uitlegging; gepast rekenen uit het hoofd; doelmatige verstandontwikkeling, alles getuigde van de geschiktheid des onderwijzers. Het lokaal is langwerpig en het licht valt in ter linker zijde van de leerlingen. Ook dit was derhalve naar behooren. Er gaan hier ruim 100 kinderen ter school.

Schokland
Dit eiland heeft drie wijken: Wijk één of de Zuiderbuurt; waar de vuurtoren staat; wijk 2 of de Molenbuurt, Ens geheeten, en wijk 3 of Emmeloord. Die wijken hebben gemeenschap met elkander door planken, liggende op het paalwerk langs de zee. De twee eerste wijken bevatten 178 Protestantsche en 120 Roomsche bewoners, wijk 3 daarentegen 404 Roomschen en 11 Protestanten. Er zijn twee scholen op het eiland, de eene te Ens, voor wijk 1 en 2, de andere te Emmeloord voor wijk 3. De onderwijzer J. W. Wichers te Ens is van de Protestantsche, die te Emmeloord A. Legenbeke, van de Roomsche godsdienst. De klankmethode wordt aangewend door middel der letterkas. De leestoon en het schrijven zijn beter te Ens. Daar wordt ook de zangkunst beoefend, te Emmeloord niet. In laatstgenoemde school daarentegen wordt meer werk gemaakt van het oordeelscherpend rekenen uit het hoofd en van de getalleer. In beide scholen is het stelsel maten en gewigten voorhanden en zijn de leerlingen daarmede goed bekend. De beide onderwijzers zijn zachtzinnig en braaf en in hunne scholen heerschte veel welvoegelijkheid, waarin anders de Schokkers niet uitmunten. De lokalen zijn bijna vierkant, te Ens met invallend licht ter linkerzijde der leerlingen en van boven; te Emmeloord ter beider zijden. Laatstgemeld lokaal is het beste.Te Ens gaan 50, te Emmeloord bijna 100 kinderen ter school. In dat getal zijn begrepen de kinderen, die arbeiden in de weverijen, welke onlangs in de beide wijken zijn opgerigt; doch deze gaan slechts éénmaal 's weeks ter school, Dinsdags, van één tot half drie uur. De gemeenten van dit schoolressort tellen zamen 6066 zielen en de scholen 980 kinderen, dus iets minder dan een zesde der bevolking.

Over den staat van het onderwijs in dit schoolressort in 't algemeen, en over den ijver van den schoolopziener om denzelven meer en meer te verbeteren, was ik zeer voldaan.