Home | About Us | Contact Us


Verslag van hoofdinspecteur H. Wijnbeek betreffende de scholen in Zuid-Holland in 1838 1. EERSTE SCHOOLDISTRICT ’s-Gravenhage, Scheveningen, Loosduinen, Poeldijk, Monster, Rijswijk, Nootdorp, Stompwijk, Wilsveen, Leijdschendam, Zoetermeer en Zegwaard, Veur, Voorburg, kostscholen te Voorburg, instituut te Veur.

Schoolopziener: J.J.Rozeboom, predikant bij de Nederduitsche Hervormde gemeente te 's-Gravenhage. Tot dit district behooren de scholen van 's-Gravenhage, met die van Scheveningen en voorts 15 scholen ten platten lande.

's-Gravenhage; het Stedelijk Bestuur heeft veel opgeofferd ten behoeve van het onderwijs der armenkinderen. Er bestaan thans 4 scholen voor dezelve: eene op den Denneweg, met 650, eene op het Kortenbosch of Slijkeind met ruim 800, eene op de Ammunitiehaven met nagenoeg 400 en eene in de Assendelftstraat met meer dan 1000 kinderen. Het lokaal der eerste school is oud, dat der tweede slecht; dat der derde bekrompen en ondoelmatig; dat der vierde nieuw, groot en fraai. De vier scholen zijn nog niet voldoende voor het aantal schoolpligtigen armenkinderen. Deze moesten op hun zesde jaar reeds als leerlingen worden aangenomen doch vanwege gebrek aan ruimte kan zulks eerst op hun zevende of achtste jaar geschieden. Dit gebrek zal zich nog meer doen gevoelen, wanneer de kleine-kinder-of bewaarscholen voor behoeftigen, waarvan er een dezer dagen opgerigt is, leerlingen voor de stadsscholen zullen afleveren. Daar toch die bewaarscholen bestemd zijn voor kinderen tusschen twee en zes jaren oud, zoo zal, indien zij niet van deze scholen dadelijk kunnen overgaan tot de gewone armenscholen, het goede, in die eerste scholen bij de kinderen daargesteld, gedurende de tusschenjaren verloren gaan.

Voor de kinderen van minvermogenden bestaat er eene stads-tusschenschool 7) op de Gevoldegracht, alwaar voor onderwijs en schoolbehoeften een gering schoolgeld betaald wordt. Het lokaal is somber en de hoofdonderwijzer, ofschoon zeer kundig, heeft den slag niet om orde in zijne school te handhaven. Vandaar, dat er van deze school minder gebruik wordt gemaakt, dan men anders zou mogen verwachten. De leerwijze is bij die 5 scholen niet in alles eenerlei. In de school op het Kortenbosch en die in de Assendelftstraat wordt de schrijfkunst beoefend naar de nieuwe verkorte leerwijze en levert die leerwijze goede uitkomsten op. De getal- en vormleer wordt aldaar en in de school op de Denneweg gelukkig aangewend tot opscherping van het verstand. Toch wordt in al de 5 scholen het lezen geleerd naar de klankmethode en hoort men op goeden, natuurlijken toon lezen, worden de beginsels van taalkunde voldoende beoefend, wordt van het rekenen, zoo uit het hoofd als op de lei, veel werk gemaakt, met de nieuwe maten en gewigten genoegzaam bekend gemaakt naar het stelsel, hetwelk daarvan in iedere school voorhanden is; worden de hoofdtrekken der vaderlandsche geschiedenis en aardrijkskunde ingeprent en van de verstandsontwikkeling, tegelijk met de zedelijke vorming, hoofdwerk gemaakt. Bij die scholen zijn, behalve eenige ondermeesters, ook assistent-kweekelingen werkzaam tusschen den ouderdom van 12 en 16 jaren. De gezamenlijke kweekelingen ontvangen dagelijks, des avonds tusschen 4 en 6 uren, geregeld en gepast onderrigt in de verschillende vakken van het lager onderwijs, alsmede in de manier van onderwijzen. Aan elk der hoofdonderwijzers is een afzonderlijk deel dier paedagogische opleiding opgedragen. Het is dus eene soort van kweekschool, waar goede theoretische en praktische ondermeesters voor de stadsscholen gevormd worden.

De overige lagere scholen van 's-Gravenhage zijn bijzondere. Eenige zijn der eerste klasse, zooals die der Godshuizen van de verschillende kerkgenootschappen en van de armeninrigting, in welke laatste het onderwijs in 't bijzonder allerdoelmatigst gegeven wordt. De andere zijn bijzondere scholen der 2de klasse, ten getale van 18, zoo voor jongens en meisjes, als van 7 voor meisjes alleen. Die scholen beantwoorden, op een paar ongelukkige uitzonderingen, na, de eene meer, de andere minder, aan hare bestemming. Geene echter derzelve kan in doelmatigheid van onderwijs met de stadsarmenscholen wedijveren. Er is in deze stad geene kostschool voor jongens. Voor meisjes zijn er twee, die van de jufvrouwen Cavier en de Riemer. De stedelijke school van middelbaar onderwijs is onlangs vereenigd met de Latijnsche school, welke vereenigde inrigting den naam van Gijmnasium draagt, en waarvan dus in dit verslag geene verdere melding kan worden gemaakt.

De lagere scholen staan onder het toezigt van eene Plaatselijke Schoolcommissie, bestaande uit 10 leden, behalve de schoolopziener. Het goede, in de scholen daargesteld, is aan deze commissie te danken. Scheveningen; dit dorp behoort burgerlijk onder 's-Gravenhage. Er is nogtans eene afzonderlijke commissie van stadswege over de twee scholen aldaar aangesteld. Van die twee scholen is de eene voor de kinderen van armen en minvermogenden. De andere is eene burgerschool. De onderwijzer der eerstgemelde school is dit jaar overleden; de vacature is nog niet vervuld. Intusschen houden de onderwijzers der stadsarmenscholen beurtelings er het toezigt over het onderwijs, door ondermeesters gegeven. Het lokaal is nieuw, doch veel te bekrompen. De burgerschool is onder de vrij goede te rekenen.

Scholen ten platten lande

De gemeentescholen van dit schooldistrict zijn 12 in getal. Buitendien is er te Voorburg eene Fransche dag- en kostschool voor jongens en eene Fransche kostschool voor meisjes, en onder Veur een voornaam opvoedingsgesticht voor jongens. Zij zijn allen door mij bezocht, met uitzondering van de weinig beteekenende school te Terheide onder Monster. De gemeenten liggen in een halve cirkel op eenigen afstand van 's-Gravenhage, zoo ten zuiden als ten oosten.

Van de residentie mij zuidwaarts begevende kwam ik te Loosduinen, vond er een vrij goed schoollokaal, doch in dezelve weinig orde. De maten en gewigten hier en daar verspreid en niet genoeg beoefend. Het lezen was eentoonig; het schrift matig en van het verstandsscherpend uit het hoofd rekenen was weinig werk gemaakt.

Van daar kwam ik te Poeldijk en te Monster onder welke gemeente Poeldijk (alsmede Terheide) behoort. Te Poeldijk is het lokaal vierkant, dus ondoelmatig en te klein. Het lezen was hier nog eentooniger. De maten en gewigten waren verborgen. En het overige was niet beter dan te Loosduinen. Te Monster daarentegen had ik reden van tevredenheid, deels over het ruime lokaal, deels over het gepaste lezen, het verstandig uit het hoofd rekenen, en de taalkundige oefeningen. Te Poeldijk wordt het gezang niet beoefend. De kinderen zijn er van de Roomsch Catholijke godsdienst en de pastoor heeft het zingen verboden. Overal was de klankmethode ingevoerd.

In eene zuidoostelijke rigting ligt Rijswijk. Het schoollokaal is groot, in twee zalen afgedeeld. Hier is de spelmethode nog in gebruik, wordt slechts middelmatig gelezen, de taalkunde een weinig beoefend, zeer goed geschreven, de maten en gewigten vrij goed beoefend, doch geen werk gemaakt van het rekenen uit het hoofd. Verder ligt, in dezelfde rigting, Nootdorp, met eene matige school. Matig, ten aanzien van het lokaal en van het onderwijs.

Nog meer oostelijk ligt de gemeente Stompwijk met de drie dorpen Stompwijk, Wilsveen en Leijdschendam, die elk eene school hebben, doch op geene van welke veel te roemen valt, ten aanzien zoo van de lokalen als van het onderwijs.

De nog verder gelegen en aan elkander grenzende gemeenten Zoetermeer en Zegwaard hebben slechts eene school, in laatstgenoemde gemeente gelegen. Het lokaal is groot, wel ingerigt, en van de noodige schoolmeubelen voorzien. De hoofdonderwijzer Noordijk, onlangs aangesteld, is een gewezen kweekeling van eene der stadsarmenscholen te 's-Gravenhage, en doet zijn opleiding eere aan. Hij volgt geheel de leermethode, dier scholen, met het beste gevolg. Hij heeft ook de verkorte schrijfleerwijze ingevoerd. Ik was over alles ten hoogste te tevreden, ook over het driestemmig zingen. Hij is aangesteld op voorwaarde dat hij de armenkinderen voor niet zal onderwijzen. Van die voorwaarde schijnt het Gemeentebestuur van Zegwaard misbruik te maken door hem te verpligten om schier alle de kinderen van die gemeente voor niet te onderwijzen, voorgevende, dat hunne ouders in min of meer behoeftigen staat verkeeren. De bekwame onderwijzer heeft daardoor slechts een sober inkomen.

Aan den Leijdschendam grenst de gemeente Veur, schier geheel door Roomsch Catholijken bewoond, waartoe ook de onderwijzer behoort. Het lokaal is nieuw en doelmatig. Het onderwijs, aan geringe boerenkinderen gegeven, is geheel bestemd voor hunnen stand.

Naar 's-Gravenhage terugkeerende kwam ik te Voorburg, en vond daar het lokaal der dorpsschool zeer goed, doch bij gebrek aan orde het onderwijs weinig doeltreffend. De onderwijzer is onlangs ontslagen met pensioen. Eerstdaags zou het vergelijkend examen voor de schoolvervulling plaats hebben.

Van de genoemde gemeentescholen zijn er 5, bij welke het schoolfonds is ingevoerd, te weten te Loosduinen, voorts de drie scholen van de gemeente Monster, en te Voorburg, met dat weldadig gevolg, dat aldaar het getal leerlingen in verhouding tot het getal ingezetenen bijna het dubbeld is van dat der gemeenten, waar geen schoolfonds bestaat. Doch vermits de gemeente Monster zeer achterlijk is in haar financiers, zoo was het Bestuur voornemens het schoolfonds op te heffen. Zoo Gedeputeerde Staten hierin bewilligen, dan is het te vreezen, dat de kinderen der armen en minvermogenden, die er thans alle schoolgaan, van het schoolonderwijs zullen verstoken zijn.

Mij blijft nog overig, verslag te doen van de kostscholen in het eerste district. De beide kostscholen te Voorburg zijn gevestigd in zeer goede woningen, aan de vaart gelegen. Die voor jongens staat onder het bestuur van den Heer Schreuders, een bekwaam onderwijzer, rond en fiksch. Fransch, Engelsch, Hoogduitsch, geschiedenis en aardrijkskunde, reken- en wiskunde worden er grondig onderwezen, terwijl zijne niet minder bekwame huisvrouw voor orde en zindelijkheid zorg draagt. Er waren 24 leerlingen in de kost en 10 voor de dagschool.

De kostschool voor meisjes is een van de beste, die ik immer bezocht heb. De bekwame en beschaafde jufvrouw van der Rijk maakt geen minder werk van de zedelijke, dan van de verstandelijke opleiding harer 12 kweekelingen, tot welk getal zij zich bepaalt. Er zijn afzonderlijke dagen voor het Fransch, het Engelsch en 't Hoogduitsch en op elk dier dagen wordt er in geene andere taal dan die van den dag gesproken, zoo bij het onderwijs, als onder de handwerken en uitspanningen. Dus op den eenen dag Fransch, op den anderen Engelsch, op den derden Hoogduitsch. Teneinde rang of praalzucht te voorkomen zijn de meisjes allen even gelijk gekleed, des zomers in nanking, des winters in groen merinos. Het instituut te Veur is gevestigd op het buitengoed Noortheij. Deszelfs directeur is de opvoedkundige de Raadt, gevormd door den grooten opvoedkundige Niemeijer, in leven professor te Halle, bij wien hij drie jaren heeft vertoefd. Het getal kweekelingen is bepaald op 25. Ik vond er 24 in een voortreffelijk ingerigt en onlangs zeer uitgebreid gebouw, met een ruime speelplaats voorzien van werktuigen voor gymnastische oefeningen, en een bloemtuintje voor iederen kweekeling ter bearbeiding. Het kostgeld is fl 1200,- 's jaars en dus zijn er geene kweekelingen dan uit de eerste standen der maatschappij. Zij ontvangen er eene volledige en beschaafde opvoeding voor de Hoogescholen. Het is een volmaakt particulier ymnasium. Voor ieder vak is een afzonderlijke onderwijzer. Voor de oude talen een doctor in de letteren. Voor de wiskunde een onderwijzer van den eersten rang. Voor elke uitheemsche taal een uitheemsche onderwijzer. De zedelijke schijnt zoo min als de verstandelijke en ligchamelijke opvoeding en verzorging te wenschen over te laten.

Het resultaat van mijn bezoek der lagere scholen ten platten lande in dit schooldistrict is dus: dat van de vele te klein of te vierkant zijn of het licht er verkeerd invalt; dat het onderwijs in enkele scholen zeer goed, doch veelal het middelmatige niet te boven gaat. De schuld kan daarvan echter niet geweten worden aan den tegenwoordigen schoolopziener, vermits deze eerst sedert drie jaren werkzaam is. Maar eerder aan den ziekelijken toestand, waarin zijn voorganger langdurig verkeerd heeft.