Home | Sitemap | Contact Us


ZESDE SCHOOLDISTRICT van de provincie Noord-Holland bezocht door H. Wijnbeek in 1839

Schoolopziener: D. Broedelet 21), een 72-jarige grijsaard emeritus-predikant der Hervormde gemeente te Purmerend, een ijverig schoolopziener, die iederen Zaturdag zich heeft verledigd om ondermeesters voor hunne bestemming op te leiden, doch waarvan hij thans, om zijne hoogere jaren, heeft afgezien. Zijn district strekt zich uit over de steden Edam, Monnikendam en Purmerend, en 28 dorpen, benevens het eiland Marken.Edam, Monnikendam, Buiksloot, Nieuwendam, Broek in Waterland, Ilp, Ilpendam, Landsmeer, Purmer, Kwadijke, Hobrede, Oosthuizen, Gosthuizen, Avenhorn, Berkhout, Volendam.

Edam; een ijverig Plaatselijk Toevoorzigt vervangt hier de werkzaamheden van den schoolopziener. Er zijn drie scholen, waarvan twee openbare burgerscholen, ieder voor den fatsoenlijken en geringeren stand, en eene Fransche dag- en kostschool voor meisjes en voor jongens onder de 11 jaar, zijnde eene bijzondere school der eerste klasse. Vier heeren te Edam, met kinderen mild gezegend, hebben zich vereenigd ter oprigting van laatstgemelde school en zich verbonden voor fl 700,- 's jaars en vrije woning, gedurende 8 jaren, waarvoor hunne kinderen gratis onderwijs bekomen. Voor lederen anderen leerling is het schoolgeld fl 35, s jaars. De woning is bekrompen; de schoolkamer wel ingerigt. De onderwijzeresse is juffrouw Specht Grijp, dochter van den Tielschen predikant. Zij is nog jong en wordt geholpen door eene nog jongere zuster. Er was een 20-tal leerlingen, waarvan twee in de kost. Als kostschool zal de school niet opnemen, vanwege de min gunstige ligging der stad. Het onderwijs was op zich zelf al vrij goed. Men bedenke daarbij, dat die dames nimmer op eene goede juffrouwenschool geweest zijn. Het Hollandsch werd er zeer goed onderwezen, van onder op naar de klankmethode. Het Fransche onderwijs was nog in de beginselen, zoo ook de vaderlandsche geschiedenis en aardrijkskunde.

Van de twee burgerscholen, waarop ook de armenkinderen onderwezen worden, beviel mij het meest die, welke C. Scholte aan het hoofd heeft. Het lokaal is zeer geschikt en groot genoeg voor het meer dan 300-tal leerlingen. De onderwijzer is bejaard, eenvoudig, kundig en zeer geschikt voor zijne betrekking Hij wordt geholpen door eenen bekwamen ondermeester en drie kweekelingen. De leerwijze is geheel doelmatig. De klankmethode bereidt de kleinen tot een goeden leestoon; de meergevorderden worden behoorlijk geoefend in de rede- en taalkundige ontleding, in de aardrijkskunde van Noord~Holland, in het nieuwe maten- en gewigtenstelsel, in het gezang, ook een weinig in het uit het hoofd rekenen en in de vaderlandsche geschiedenis.
De onderwijzer der andere school, P. K. Kat, is veel geleerder dan Scholte. Zelfs is hij zeer bedreven in vreemde talen en in de wiskunde. Doch hij staat zeer ten achteren bij zijnen ambtgenoot in de manier van onderwijzen. Hij heeft geen denkbeeld van het handhaven van orde onder de leerlingen. Hij weet de klassen, waarmede hij zich niet persoonlijk bezighoudt, niet aan het werk te houden. Deze woelen en stoeijen intusschen. De leestoon was slecht. Ik bemerkte aan dien toon, dat de leerlingen niet dachten aan hetgeen zij lazen. Hij onderwijst alleen. Hij ontziet de kosten van een ondermeester. Ook heeft hij naauwelijks 100 leerlingen. Het lokaal is vrij goed. In de kosten van het onderwijs der armenkinderen wordt voorzien door eene jaarlijksche collecte van het Departement der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen.

Monnikendam; deze stad heeft thans drie scholen: eene armenschool, eene stadsburgerschool en eene bijzondere burgerschool. De armenschool heeft een zeer bekrompen lokaal, hetwelk met weinig kosten zou kunnen uitgelegd worden. Het onderwijs van M. Numan was er in allen deele gebrekkig.
Zeer veel beter, ja uitmuntend, was het onderwijs van A. F. Meijer in de stadsburgerschool. Het lokaal is ook goed ingerigt en thans zeer ruim, daar het getal leerlingen, tevoren 170, tot 120 verminderd was, niettegenstaande hij onder de beste onderwijzers is te tellen. Alleenlijk is hij stroef in zijn voorkomen en van een onbuigzamen aard. Daaraan zal hij het te danken hebben, dat, voor omtrent drie jaren, het Stedelijk Bestuur vergund heeft aan zekeren L. A. Schmidt eene bijzondere school op te rigten voor 50 kinderen. Met dit 50-tal is nu de school van Meijer verminderd, Intusschen is hem, bij zijne benoeming, 170 kinderen verzekerd. Om dit verlies eenigszins te vergoeden is hem onlangs eene gratificatie van fl 100,- uit de 2 procenten der stedelijke inkomsten door Z.M. toegelegd. De onderwijzer der bijzondere school was van huis bij mijn schoolbezoek te Monnikendam. Er werd dus geen school gehouden. Ik zag alleen het lokaal. en dit, zoowel als de schoolmeubelen, kwamen mij voldoende voor. Ik trof er drie kostdiscipelen aan.

Purmerend; deze stad, waar de schoolopziener lang gewoond heeft, tot voor weinige jaren, toen hij het emeritaat als predikant verkregen heeft, heeft veel invloed ondergaan van diens verbetering van het schoolwezen. Dit is mij gebleken bij het bezoeken der scholen aldaar. Er zijn drie stadsscholen en eene bijzondere Fransche school der 2de klasse en een vervallen bijzondere Nederduitsche school der 2de klasse.
De stadsscholen zijn: a. De armenschool, in een zeer ruim lokaal, met bijna 200 leerlingen. De bedaarde J. Visscher en zijn even geschikte ondermeester S. Smelik onderwezen hen alles, wat zij in hunnen stand behoeven, en op eene doeltreffende wijze. Zeer goed lezen naar Prinsens leergang, taal- en redekundig ontleden, goed loopend schrijven, vlug rekenen uit het hoofd en zacht tweestemmig zingen.
b. De burgerschool van G. van Sandwijk in de vorige kerk der Herstelde Lutherschen. Hier gebruikte men voor de klankmethode een rad, eenigzins gelijk dat van Nieuwold. Het is een ronde groene schijf, draaiende in eene zwarte lijst en met vierkante openingen voor welke al draaiende de verschillende klanken te voorschijn komen. De onderwijzer is vrij winderig, doch geenszins onbekwaam. Hij wordt overtroffen in geschiktheid door eenen kundigen en ingetogen zoon. Hier waren ook een 200-tal kinderen.
c. Eene stadsdag- en kostschool voor meisjes van mejuffrouw E. D. Haerik, eene allezins wel ingerigte school, wat onderwijs enlokaal betreft. Behalve Fransch en Hollandsch werd er Hoogduitsch geleerd. Dit, en hetgeen verder tot eene beschaafde opvoeding van meisjes behoort, werd er op eene voldoende hoogte beoefend. Er waren 35 leerlingen, waarvan 5 in de kost.
d. De bijzondere Fransche school voor jongens is van M. J. Berckenhoff, die, in een geschikt lokaal, aan ruim 20 leerlingen volmaakt goed Hoogduitsch, zeer goed Fransch en vrij goed Engelsch onderwijst. Voorts de geschiedenis en aardrijkskunde. Doch er was geene ondergeschiktheid genoeg onder de leerlingen.
e. Eindelijk bezocht ik nog het ellendig Nederduitsch schooltje van zekeren J. J. Genis, waar alles op den ouden voet was en het er armoedig uitzag. Er waren nog 20 kinderen. Het scheen weldra geheel te vervallen.
Hier is eindelijk eene verbeterde kleinekinderschool, doch niet op den voet, waarop thans de bewaarscholen worden ingeriqt.

Gemeentescholen van het 6de schooldistrict.
De hieronder vermelde gemeentescholen van dit district, ten getale van 14, heb ik, vergezeld van den grijzen schoolopziener, bezocht. Hij is sedert twee jaar woonachtig te Buiksloot. Met de school aldaar hebben wij dus aanvang gemaakt. Dit bezoek was niet zeer aanmoedigend. In een laag en donker lokaal vond ik een bejaard onderwijzer, J. van der Plaat, die, daar zijne huisvrouw krankzinnig is, zijn verdriet deswege poogt te verdooven door het gebruik van sterken drank. Dit gebruik maakt hem zenuwachtig en dus weinig geschikt voor het onderwijs, hetwelk ik dan ook zeer matig vond. De burgemeester weigert een ondermeester voor hem te bekostigen, en de onderwijzer is niet in staat in die kosten te voorzien. Er waren omtrent 80 leerlingen. Van Buiksloot uitgaande in eene oostelijke rigting kwamen wij weldra te
Nieuwendam. Hier vond ik alles uitmuntend: een groot, hoog, wel ingerigt lokaal van twee zalen, afgescheiden van elkaar door dubbende wegschuivende deuren. Een bekwaam ondermeester, J. Damen, onderwees in de kleine zaal de eerstbeginnende naar de klankmethode en de getalleer van Pestalozzi. In de grote zaal was de bekwame onderwijzer K. Dekker bezig met de vormleer van Pestalozzi op eene allezins doeltreffende wijze. De leestoon bewees, dat het verstand der leerlingen goed ontwikkeld was. Zij verstonden wat zij lazen. De taalkundige en redekundige ontleding werd mede grondig beoefend, zoo ook de aardrijkskunde, vaderlandsche geschiedenis en rekenkunde. Ik telde hier 114 leer lingen. Des avonds wordt Fransch, Engelsch, Hoogduitsch, de wisen stuurmanskunst onderwezen. Dekker was vroeger ondermeester bij J. van Wijk en zoon te Kampen. In een noordelijke rigting voortgaande kwamen wij in de volgende plaatsen:
Broek in Waterland, aldaar is het lokaal ook zeer goed en in tweeën gedeeld. Het onderwijs van J. Drost beviel mij zeer wel, doch hij was niet vrij van pedanterie. Er waren ruim 170 leerlingen.
De Ilp; een klein dorpje met een vierkant schoollokaaltje, ruim genoeg voor het 20-tal leerlingen. A. C. de Beer is beperkt in kunde, doch betoonde zich gewillig om mijne teregtwijzigingen, die hij in vele opzigten behoefde, aan te nemen, vooral in het leeren van een goeden leestoon, die hier ontbrak. Al de kinderen hadden de gewoonte aangenomen om voor ieder woord de klank he te laten hooren, aldus he vader, he gaf, he mij, he dan, he raad. Tevoren waren de armenkinderen hier zonder schoolonderwijs, doch de nieuwe burgemeester heeft daarin behoorlijk voorzien.
Ilpendam; hier is een vrij goed lokaal met een zeer goed onderwijzer, J. van de Hans, die de leerwijze van Prinsen geheel volgt, met gelukkigen uitslag. Er waren 70 leerlingen.
Landsmeer; het lokaal was hier zeer goed, doch de onderwijzer P. de Wit was afwezig. Het was marktdag te Purmerend en daarheen had hij zich begeven, zooals hij gewoon is te doen, latende de school over aan zijn ondermeester. Ik heb hem, doch later, gesproken en hem over zijne verwaarloozing krachtig onderhouden. De schoolopziener heeft mij onlangs berigt, dat die verma ning doel heeft getroffen. De ondermeester kweet zich tamelijk wel van zijnen pligt. Er waren 70 leerlingen.
De reis strekte zich verder noordwaarts uit naar de volgende dorpen:
Purmer, daar vond ik, in een klein lokaaltje met 40 kinderen, J. Veeger, hompelend op gebrekkige beenen. Een goedhartig man, die zijn best deed om zijne eenvoudige leerlingen het noodige te leeren.
Kwadijk; met een vrij goed lokaal en een tamelijk onderwijzer, W. Stolp, die eentoonig leerde lezen, doch anders mij vrijwel voldeed.
Hobrede, met een laag schoolvertrekje, gevuld met een 28-tal kinderen, welke hunnen braven, eenvoudigen onderwijzer A. Hemelop, die doof is en een lam been heeft, als eenen vader beminnen, met wie hij dan ook als vader omgaat. Hij leerde naar de klankmethode vrij goed lezen, tellen door middel van streepjes op het zwarte bord, en vrij goed schrijven. Hij maakte de kinderen niet geleerd, maar zachtzinnig en braaf.
Oosthuizen; hier is het lokaal groot en hoog en de onderwijzer. L. H. Lonte geenszins onbekwaam, doch van eene ondragelijke verwaandheid, waardoor hij ongunstig op zijne leerlingen werkte. Er waren 69 kinderen.
Gosthuizen; het lokaal is ruim en fraai en het onderwijs van J.Smit over het algemeen voldoende. Er waren 40 leerlingen.
Avenhorn; jammer, dat het lokaal laag en bekrompen is en de kleinen zich moeten behelpen op banken zonder lessenaartjes. Want de onderwijzer A. Bol is een der bekwaamste onderwijzers van dit district. Er waren 82 kinderen, allen ijverig werkzaam en naar gelang hunner jaren zeer gevorderd. Leestoon, taalkunde, uit het hoofd rekenen, kennis der nieuwe maten en gewigten, schrift, dit alles beviel mij uitstekend.
Berkhout; een zeer fraai, groot, hoog lokaal, doch waarvan de grond aan eene zijde verzakte. De onderwijzer C. de Boer is bekwaam, zedig, vol ijver, maar van eene zwakke gezondheid. Zijn onderwijs was in allen deele voldoende. Ik heb er den ganschen schooltijd met groot genoegen doorgebracht. De brave man legt er zich niet alleen op toe om de leerlingen bekwaam, maar ook om hen deugdzaam te maken. Ik telde er 143 leerlingen. In iedere klasse werd er afzonderlijk gezongen op een zeer zuivere en liefelijke toon. Hier is een schoolfonds.
Voorts den weg nemende naar het strand van de Zuiderzee kwamen wij in het visschersdorp Volendam, niet ver van Edam gelegen. Wij vonden er 83 kinderen toevertrouwd aan de leiding van een jong onderwijzer, G. Zwart, die in een vrij goed lokaal al zijn krachten inspande om hen bruikbaar voor hunnen stand te maken, doch die, zijnen vader opgevolgd zijnde, nimmer in de gelegenheid is geweest, om zich met het verbeterd onderwijs praktisch bekend te maken.
Van hier staken wij over naar het eiland Marken. Daar vondenwij een laag en veel te klein lokaal, De burgemeester, een oude visscher en als zoodanig met slaapmuts enz. uitgedost, verleende mij, met eene barsche stem gehoor. Hij scheen weinig gezind om voor de vergrooting van dit lokaal te zorgen. Eindelijk zoude hij zien of de woning van den meester tot vergrooting van hetzelve zou kunnen strekken. In dat geval zou de woning van zekeren afgeleefden Albert, wanneer deze kwam te overlijden, tot woning van den onderwijzer aangekocht worden. Er gaan 80 kinderen school en er is ternaauwernood plaats voor de helft. Het onderwijs van J. Pool was mede gebrekkig. Door middel van eene zangeringe spelmethode leerden de kinderen ook zangerig lezen, waarbij op de scheiteekens niet gelet werd. Het zingen werd niet beoefend. De meester verzekerde mij dat de jongens te vroeg gewend werden aan het schreeuwen op de voertuigen. Het schrift was vrij goed en zoo ook het rekenen.