Home | Sitemap | Contact Us


Uittreksel uit een rapport, ingeleverd in het laatst van 1818. in de Provincie Groningen beschikbaar gesteld door A. v.d. Ende

In deze Provincie was het, dat allereerst hier te Lande de weldadige hand aan de schoolverbetering geslagen werd, zelfs voor de verdienstelijke Maatschappij Tot Nut van ‘t Algemeen bestond, aan welke de verspreiding der overtuiging van het noodzakelijke eener algemeene hervorming van het lager onderwijs, voorts allezins goede inzigten deswege, benevens gepaste hulpmiddelen voor, een enander, en vooral het stellen vanovertuigende voorbeelden eener betere schoolinrigting hier en daar, te danken zijn.
Al de Pogingen dezer Maatschappij, enz.

Ik kom terug op den Heer Wester, dien ik boven in het oog had met te zeggen, dat het in de Provincie Groningen was, waar het allereerst hier te lande de werkdadige hand aan de schoolverbetering gegslagen werd. De verdiensten van dezen achtenwaardigen man zijn te wel bekend, ook blijkens zijne benoeming tot Broeder der Orde van den Nederlandschen Leeuw, om noodig te hebben, daarvan hier meer te zeggen. Maar waar het hierop aankomt. Hij sloeg de hand aan de schoolverbetering onder allezins gunstige omstandigheden.

1 Zelf bij eene talrijke school Onderwijzer zijnde en bij allen, die hem omringden , geacht wegens zijne braafheid, kunde en ijver, gepaard met eene voorbeeldelooze eenvoudigheid en nederigheid , konde hij zijne betere inzigten dadelijk zelf en wel ongestoord in oefening brengen, alzoo derzelver deugdelijkheid proefondervindelijk bewijzen, en.wat vooral verdient genoem tee worden, daaraan, vande meet af, loop en voortgang geven, door in zijnen geest jongelieden tot Onderwijzers op te leiden. Wel waren aanvankelijk- zijne denkbeelden omtrent onderwijs en schoolinrigting geenszins zoo gezuiverd, als die thans zijn, noch ook dus. verre in alle deelen zoo gewijzigd, als betere inzigten wel aanprijzen; maar de verdienstelijke rnan onderscheidde zich allerloffelijk van den grooten hoop, had moeds genoeg om tegen den stroom op te gaan en beleids genoeg, om het met vrucht te doen.

2 Ook de pen tot zijnen dienst hebbende, bezigde bij almede dit, bij zulke ondernemingen zoo noodzakelijk en, mits wel gebruikt, zoo 'krachtdadig hulpmiddel. 'Reeds in 1795 behaalde Wester de gouden medaille bij voorzegde Maatschappij op de, door haar uitgeschrevene Prijsvraag: Over de gebreken in Burgerscholen, en in 1800 eene tweede bij dezelfde Maatschappij, aan welke hij zijn Schoolboek der Vaderlandsche Geschiedenissen, ter voldoening aan eene andere vraag, geleverd had. Bovendien begon hij reeds in 1797 en 1798 verschillende schoolboekjes in het licht te geven, bewerkt in een beteren vorm, dan alle vroegeren, onder anderen: zijne Korte en nuttige Leeslesjes, naar de vatbaarheid en de smaak van kleine kinderen ; zijn A B C Boekje , of begin der letteroefening voor kinderen; zijn gemakkelijk Spelboekje voor eerstbeginnende leerlingen , enz. ; van allen welke thans reeds, allen onder groote veranderingen, de 12de, 13de, 14de, of 15de druk het licht ziet; dit ten bewijze van den opgang, welken de schoolwerkjes van W e s t e r gemaakt hebben. Sommige zelfs werden reeds het jaar, nadat zij voor het eerst waren uitgegeven, herdrukt; zoo verscheen van het eerstgenoemde in 1793 de tweede druk. Wester leverde dus ook hulpmiddelen, even geschikt, om hem meer en meer het algemeen vertrouwen te doen winnen om zijne wijze van onderrigt: gemakkelijk te doen volgen en zoo voort te planten; beide te gereeder , daar zijne schoolboekjes. ofschoon in beteren vorm gegoten, dan die, welke dusverre gebruikt werden, zich echter aan dezelve in vele opzichten aansloten, en zoo eenen zachten overgang maakten van het oude tot het nieuwere.

3 Nagenoeg te gelijker tijd begon de Heer Nieuwold in Vriesland woonachtig, zijne voortreffelijke en in de ware kindertaal geschreven onderwijskundige werkjes te Groningen in het licht te geven. Al te meer werd hierdoor binnen deze Provincie de opmerkzaamheid op het eerste onderwijs der jeugd en op de belangrijke veranderingen, waarvoor hetzelve vatbaar was , gevestigd, gelijk ook Wester de werkjes van Nieuwold reeds in, 1798 in de Voorrede, voor zijne Leeslesjes geplaatst, aanprees. Een en ander opende in de Provincie Groningen vroeger meer algemeen dan elders de oogen althans van velen, voor het opgaande licht der schoolverbetering, het welk de Maatschappij: Tot Nut van't Algemeen toen ter tijd gelijkelijk aangevangen had te ontsteken.

4 Hiervan was onder anderen het gevolg, dat het Departement dezer Maatschappijg hetwelk al ras binnen de stad Groningen gevestigd werd besloot tot de oprigting van eene zoogenaamde Departementale school, en wel tot het verbinden van eene Kweekschool van Onderwijzers aan dezelve, voorts dat het bestuur van Stad en Lande aan hetzelve Departement een jaarlijksche subsidie van f 300 uit de Departementale kas toestond ten behoeve van dezelve Kweekschool, welke fl300 - : :, doch verdubbeld, nog bij voortduring maar nu uit 't Lands kasse. tot gelijk einde verstrekt wordt. Vroeger ook dan elders werden alzoo binnen de Provincie Groningen meer bekwame Onderwijzers gevormd , zoo bij deze Kweekschool, als in de school van Wester.

5. Ik kan niet alle gunstige ostandigheden opnoemen, onder welke Wester zijne belangrijke pogingen ter verbetering van het lager onderwijs ondernam, en welke hem daarbij regtstreeks of zijdelings krachtdadiglijk de hand boden; maar twee anderen mag ik niet Verzwijgen: vooreerst de bekende welvaart van dat gedeelte der Provincie Groningen, waarin Wester woonde; ten tweede, de, hiermede in verband staande goede inkomsten , verbonden aan de Onderwijzers posten aldaar. Het eerste maakte het verkrijgen van de noodige veranderingen in de hulpmiddelen van onderwijs, goede schoollokalen zelve niet uitgezonderd, zeer gemakkelijk; het laatste moedigde gefchikte jongelieden aan, om zich aan den stand van Onderwijzers te wijden, Welke gevolgen deze beide zoo gewigtige omstandigheden op een en ander werkelijk hadden en bij voortduring hebben, blijkt uit de berigten van den Heer Wester zelven op eene ontwijfelbare wijze.

Maar de slotsom moet worden opgemaakt. Onder deze zoo gunstige omstandigheden arbeidde Wester, gelijk hij zelf zegt, 46 jaren aan de verbetering van Schoolinrigting en schoolonderwijs, en wel tot 1802 in de betrekking van Schoolonderwijzer in de Oude Pekela, sedert 1801 tevens als Schoolopziener en van 1902 als schoolopziener, zoo echter, dat bij voortging en nog voortgaat, wekelijksche lessen aan aankomende jongelieden te geven, die zich voor den onderwijzerspost voorbereiden. Men vergelijke de Bijdragen betrekkelijk den staat en de verbetering van het schoolwezen van 1807, 1e stukje blz.68, daar de hervorming van de school in de Oude Peklea toen reeds werd opgegeven als aangevangen voor 22 jaren.
Zal men ergens thans reeds met grond kunnen vragen naar de vruchten der tegenwoordige organisatie van het lager onderwijs, zal men die vraag aan iemand voegzaam kunnen rigten, het is ten aanzien van het schooldistrict, van den Heer Wester en aan dezen zelven, wiens waarheidsliefde en grondige kennis van geheel zijncn oord buitendien boven alle bedenking zijn. Nu leze men, wat hij er van opgaf, en neme daarnaar den maatstaf van hetgeen er onder gunstige, ik zeg zelfs niet hetgeen er onder gelijke gunstige, omstandigheden algemeen te verwachten is van de tegenwoordig organisatie van het lager schoolwezen.