Periodiek van de Vereniging Vrienden van het Nationaal Onderwijsmuseum

 


 


150104. Schoolgeschiedenis in beeld  De oude school in De Bilt  Bert Stilma

 Aan de Burgemeester de Withstraat in De Bilt staat pal langs de weg een oud pand waar op de voorgevel de woorden De Oude School zijn aangebracht. Het gebouw is in 1982 geheel gerestaureerd. Het opschrift maakte mij nieuwsgierig naar de ontstaansgeschiedenis van dit pand. Een speurtocht bracht interessante wetenswaardigheden aan het licht over de architectuur en de locatie.

Het begin van dit schoolgebouw is te vinden in de 16de en 17de eeuw. De komst van de reformatie in ons land bracht ook voor De Bilt de nodige verwikkelingen met zich mee. In archiefstukken is te achterhalen dat in 1580 de katholieke kerk en het klooster in De Bilt grotendeels werden afgebroken omdat de stad Utrecht bouwmateriaal nodig had om haar vestingwerken en stadsmuren te versterken. Nadat in 1585 het overgebleven deel van de kerk en het klooster in vlammen was opgegaan, zat het dorp De Bilt zonder godshuis. Pas na afloop van de tachtigjarige oorlog, in 1652 om precies te zijn, werd besloten tot de bouw van een nieuwe kerk, ditmaal Hervormd, met daarnaast een kosterswoning annex schoolhuis. Jan Janszoon van Leerhaef was de eerste schoolmeester die dit nieuwe schoolhuls betrok, wat overigens niet wil zeggen dat hij de eerste schoolmeester van De Bilt is geweest. De plaatselijke historische vereniging heeft in de archieven een mededeling uit 1352 gevonden over Steven van Assche die behalve priester ook schoolmeester was en tevens rekeningen schreef.

In het schoolhuis waar Jan Janszoon Leerhaef woonde, mat het vertrek voor zijn leerlingen ongeveer 5,5 bij 6,5 meter. De vloer was er bedekt met plavuizen en achter het schoollokaaltje lag de woonkeuken met bedstede. Naast de woonkeuken en het schoollokaaltje was de schuur/sta! gelegen waar in de winter ook dieren bivakkeerden. Voor het toilet, sekreet genoemd, dienden de kinderen buiten om lopen, aan de straatzijde rechts (zie de foto). De kinderen moesten bij het binnenkomen van het schoolvertrek er goed op letten dat zij op de juiste wijze de twee stenen treden afliepen. Om niet afgeleid te worden door zicht op de buitenwereld had men de vloer verlaagd. Naast de grote tafelbanken, geschikt om aan te schrijven, stonden er ook losse banken zonder leuningen. Er zaten vele schapen in één hok!

Het bekende beeld van de schoolmeester uit de 17de‑ en de 18de eeuw die, naast zijn schoolmeestersambt, noodgedwongen vele bijbaantjes vervulde, gaat ook in De Bilt geheel op. Zo was de schoolmeester aldaar behalve onderwijzer, tevens koster van de kerk, voorzanger en voorlezer in de kerkdienst. Bovendien zag hij er op toe dat de baldadige jeugd de kerkramen niet vernielde. Met zijn vrouw hield hij verder ook nog het kerkgebouw schoon. Dat de schoolmeester tevens klokkenluider en doodgraver is geweest, mag zonder meer worden aangenomen. Deze nevenactiviteiten leverden namelijk enige geldelijke verdiensten op. Zeker is ook dat hij een lapje grond kreeg voor wat vee en een tuin voor groenten. De Biltse locatie laat duidelijk zien hoe schoolhuis, tuin, kerkhof en kerkgebouw als het ware één organische eenheid vormde.

Dat in de loop der eeuwen niet alle schoolmeesters hun functies tot tevredenheid van de plaatselijke bevolking vervulden, is vaker verteld. Het zal dan ook geen verbazing wekken dat ook De Bilt een 'probleemgeval' heeft gekend. In 1723 werd de niet meer piepjonge Pieter de Leeuw tot schoolmeester benoemd. Vanwege zijn vreemde manier van lopen werd hij al snel beticht van dronkenschap. Of had hij misschien alleen maar last van eksterogen? Toen het voorzingen van Pieter de Leeuw in de kerk ook een mislukking bleek en zijn gezag bij de kinderen tot een nulpunt was gedaald, volgde ontslag.

De negentiende eeuw geeft een omwenteling te zien. Door de toename van de schoolbevolking werd het gebouwtje te klein en het plaatselijk bestuur besloot tot de bouw van een nieuw schoolgebouw elders. Het oude schoolhuis bleef echter niet lang leeg staan want binnen één jaar wordt in dit gebouw een bewaarschooltje gehuisvest. In de zomermaanden verbleven de kleintjes hier van half negen tot twaalf uur en van drie uur tot zeven uur 's avonds. Kleuterjuf Vergers, in 1854 uit Haarlem overgekomen, zou hier veertig jaar lang de scepter gaan zwaaien. In het huidige, fraai gerestaureerde gebouw bevindt zich naast een aantal wooneenheden voor particulieren een vergaderruimte die bestemd is voor, jawel, de plaatselijke Historische Stichting Oostbroek en De Bilt.

 Geraadpleegde literatuur

E. E. Gewin, De Bilt, een Utrechts dorp in vroeger eeuw, De Bilt 1991. J. W. H. Meijer, De Kerk, de school en de koster die de meester was, De Bilt 1980.

Zakelijke info