110105. Schoolgeschiedenis in beeld De Latijnse school te Edam Bert Stilma
Wie op een vrije dag zich de moeite getroost om het
Noordhollandse dorpje Edam met een bezoek te vereren, zal in elk geval verbaasd
zijn over de groots opgezette Sint Nicolaaskerk, een laat‑gotische hallenkerk en
tevens een fraaie representant van de zgn. Hollandse Gotiek. Voor deze rubriek
is vooral het zuidportaal interessant omdat daar de voormalige librije en de
Latijnse school gevestigd waren. De groeven naast de ingang van deze school, die
anno 1993 nog duidelijk te zien zijn, zouden door het slijpen van de griffels
van de leerlingen ontstaan zijn. Van de voormalige librije, ook wel kerk‑ of
kloosterbibliotheek genoemd, is niet alleen de catalogus van het boekenbestand
bewaard gebleven, maar tevens een groot aantal van deze boeken.
De
oudste, bewaard gebleven mededeling van deze kerk stamt uit 1413, om precies te
zijn: een grafelijke bepaling waarin staat dat elke poorter duizend stenen of
geld voor de nieuw te bouwen kerk dient af te staan. De oorspronkelijke vorm van
de kerk was een kruisvorm waarvan het schip smalle zijbeuken had. AI spoedig
werd deze kerk fors in de lengterichting uitgebreid en aan de zuidkant werd de
librije en de Latijnse school gebouwd.
In 1572, vier jaar na het uitbreken van de tachtigjarige
oorlog, ging deze kerk over in protestantse handen. De eerste predikant Paulus
Pieterszoon overleed op 31 augustus 1575. Dat de Latijnse school reeds voor de
reformatie bestond, blijkt uit een rekening uit 1561. Aan Jan van der Elburch
wordt geld uitbetaald vanwege "reysen ende costen vant school".
Het interieur van deze Latijnse school ademt een sobere
sfeer. Langs de wanden staan eiken bankjes met lambrisering. Een smeedijzeren
muurkastje en een gemetselde kastruimte voorzien van een eiken deur met dubbele
sloten, vormen het decor. Vier renaissance stoeltjes completeren het geheel.
Welke boeken raadpleegden de docenten en de Edamse
leerlingen? Naast teksten van buitenlandse auteurs zoals Alcuin, Augustinus en
Cicero komen we ook twee Hollanse namen tegen, te weten Rudolf Agricola en
Desiderius Erasmus. De naam van Calvijn ontbreekt evenmin, zodat we gevoeglijk
mogen aannemen dat het boekenbestand van de librije ook door schenkingen van
prostestantse burgers is aangevuld: deze giften betroffen veelal boeken die de
nabestaanden van de overledenen aan de plaatselijke kerkbibliotheek schonken.
Het hoofdbestanddeel van de bewaardgebleven boeken bestond uiteraard uit
nagelaten werken van kloosterlingen die ‑ zoals uit de catalogus blijkt ‑de
waarde en het bezit van boeken zeer juist hebben ingezien. De bewaard gebleven
boeken bevinden zich thans in de Koninklijke Bibliotheek te 's‑Gravenhage.
Tenslotte een enkel woord over het kerk‑ en schoolgebouw.
In tegenstelling tot de Franse, Brabantse of Nederrijnse gotiek, spreken we
hierin Edam van de zgn. Hollandse Gotiek. Karakteristiek voor de Hollandse
Gotiek zijn de bredere vensters, de houten bekapping (i.v.m. de drassige
bodem!), de hallenvorm, het grote oppervlak en niet te vergeten: de
bijgebouwtjes. Afhankelijk van de plaats werden in deze bijgebouwen gehuisvest
de sacristie, de librije en de Latijnse school: Hollandser kan dit fragmentje
onderwijsgeschiedenis in beeld dus niet.
Reeds vanaf de provinciale weg Hoorn‑Amsterdam (N 247) is
de kolossale kerk te zien. We adviseren U de auto bij de eerste de beste
parkeergelegenheid achter te laten en via de Grote Kerkstraat naar de St.
Nicolaas te wandelen. Verdwalen is onmogelijk: zich vergissen in een aantal
eeuwen is zeer wel mogelijk.
Literatuur
College van Kerkvoogden der hervormde gemeente Edam, Boeken
uit de Librije van Edam, 's‑Gravenhage 1984.
A. Driessen, Edam vóór de hervorming, Bijdragen voor de
geschiedenis van het Bisdom Haarlem, 31,1908, p 127‑190.
M.D. Ozinga, De gothische kerkelijke bouwkunst, Amsterdam
1953.
|