Periodiek van de Vereniging Vrienden van het Nationaal Onderwijsmuseum

 


 


Reactie van een koukleum op het artikel over de openluchtschool

De openluchtschool bleef nog tot ver na de oorlog bestaan." Dat schreef ik in het herfstnummer 2001, in een stukje over een bezoek in 1929, dat een koukleum (mijn grootmoeder), aan de Rotterdamse openluchtschool bracht.

Deze aanduiding was wat al te vaag. Prompt kreeg ik een aardige brief van Jan Zwijnenburg, de directeur van de Eerste Rotterdamse openluchtschool, de oude naam voor een schooltype dat tegenwoordig "school voor langdurig zieke kinderen" heet. De school ligt aan de Olijflaan in Schiebroek, en er is zelfs nog een 2e openluchtschool in Rotterdam-Zuid. Jan Zwijnenburg schreef:

"Alhoewel er veel zaken op de Openluchtschool zijn veranderd, zijn de verzorging, het rusten tussen de middag en de korte lesperiodes nog steeds belangrijke onderdelen van de school. De schoolbevolking bestaat nu vooral uit leerlingen met astma, epilepsie, suikerziekte, cystic fibrosis, etc. Naast deze ziekte hebben de leerlingen ook een onderwijsbelemmering, waardoor zij het onderwijs op een reguliere basisschool niet goed kunnen volgen."

Met een verwijzing naar het bezoek van mijn koukleumerige grootmoeder, 72 jaar geleden, nodigde hij mij uit om eens te komen kijken: "U hoeft geen dikke jas aan, want binnen brandt gewoon de kachel".

Ik heb zijn uitnodiging graag aangenomen en ik heb er met plezier een ochtend doorgebracht. Een ruim gebouw, een groot speelplein met fraaie bomen, een keuken, een rustzaal, en aparte ruimtes voor een verpleegkundige, een fysiotherapeut, een dramatherapeut, handenarbeid, etc. De ca. 100 leerlingen, in 8 groepen, aangevoerd door busjes en taxi's uit een regio tot Delft en Zoetermeer, volgen zoveel mogelijk een normaal lesprogramma, aangepast aan hun eigen situatie. De meeste lessen zijn gewoon binnenshuis, en ja hoor, de verwarming brandt lekker. De school zorgt voor een ontbijt en een warme lunch en houdt de drie R's (Reinheid, Rust en Regelmaat) in ere. De sfeer is ontspannen en ordelijk tegelijk. Een deel van de kinderen kan na enige tijd teruggeplaatst  worden in het basisonderwijs, de overigen stromen door regulier of speciaal voortgezet onderwijs. Verrassend vond ik de constatering dat het jaarlijkse driedaagse schoolreisje zo weinig problemen oplevert: de kinderen zijn immers gewend samen te eten en op een slaapzaal te slapen, dus dat bespaart het nodige "keten".

Jan Zwijnenburg, die al 30 jaar aan de school verbonden is, houdt een eigen schoolarchief bij en geeft voor het Schoolmuseum wat historische overzichten mee, plus de uitvoerige actuele Schoolgids. Heden en verleden hebben elkaar weer gevonden. Bedankt!

Suus Boef

 



 

Zakelijke info