Periodiek van de Vereniging Vrienden van het Nationaal Onderwijsmuseum

 


 

Collectie. 100404. Veranderend landschap door  J. ter Linden

Wandplaten behoren tot het meest aansprekende onderdeel van de collectie van het Nationaal Schoolmuseum. Ontstaan uit het aanschouwingsonderwijs, zijn ze in de loop der tijd gemaakt voor een groot aantal vakken: voor aardrijkskunde, geschiedenis, biologie, tekenen, natuur- en scheikunde tot zelfs schrijven en muziekonderwijs. Een heel opvallende reeks voor het aardrijkskundeonderwijs wordt gevormd door de 'Aardrijkskundige Wandplaten van Nederland', door R. Schuiling en J.M. de Feijter, in 1912 voor het eerst uitgegeven door Noordhoff te Groningen. De platen zijn duidelijk anders dan die van bijvoorbeeld Wolters of van bekende Duitse uitgevers als Lehmann. De reden daarvan is dat deze platen niet door vakkundige illustratoren zijn getekend, maar door bekende kunstenaars. Namen als A.M. Gouwe of B.A. van Beek zullen de meeste mensen weing of niets meer zeggen. Maar Wenckebach, Hart Nibbrig, Poortenaar, Heijenbroek. Sluijters of Wolter zijn velen ongetwijfeld nog bekend. Van laatstgenoemde is in 1992 in Amersfoort (Museum Flehite) nog een tentoonstelling gehouden.

Het was voor uitgever Noordhoff toch min of meer een gok om kunstenaars schoolplaten te laten maken. De afbeelding moet aan bepaalde eisen voldoen omdat de wandplaat in een les wordt behandeld. Er moet dus veel op staan dat duidelijk herkenbaar is. In een enkel geval bleek het geleverde schilderij dan ook niet te voldoen aan de eisen van het onderwijs. De plaat Het beeklandschap bij Winterswijk', door Jan Sluijters, is daar een goed voorbeeld van. De beek zou net zo goed een modderige zandweg kunnen zijn, en de detaillering van de rest van het landschap is zo vaag dat er niet veel bij valt te vertellen.

Een van de platen uit de serie sprak mij indertijd zeer aan omdat ik dacht de plek te herkennen. Het is de plaat 'Aan den Haarlemmermeerpolder. En inderdaad. Rijdend van Amsterdam langs de Westeinderplas naar Leimuiderbrug bleek de situatie vrijwel ongewijzigd. De plaat heeft nog op mijn werkkamer in Zoetermeer gehangen. Van het plan om de hedendaagse situatie ooit eens te fotograferen, kwam echter niets terecht.

Dat was, achteraf gezien, de eerst stap. De tweede fase werd ingeluid door een mevrouw uit Wassenaar, familie van de Noordhoffs, die op een dag het museum in Zoetermeer kwam bezoeken. Zij bracht een catalogus mee waarin alle platen uit de serie op prentbriefkaartformaat waren opgeplakt. Zij informeerde naar de serie, die wij toen lang niet compleet hadden, en vertelde met geestdrift over de totstandkoming daarvan. In de begeleidende handleidingen was de plaats waar de kunstenaar had gestaan, precies aangegeven op een gedetailleerd kaartje. Tijs van Ruiten, die bij ons alle foto's maakt, en ik kwamen tot de conclusie dat het mogelijk moest zijn om van elke plaat de oorspronkelijke plek op te zoeken. Op dat moment was het concept voor een tentoonstelling geboren: wandplaten uit deze serie met foto's ernaast van de huidige situatie. Het plan bleef echter liggen.

Het zal in 1986 zijn geweest dat we voor het eerst op pad gingen om te kijken of het idee inderdaad uitvoerbaar was. De keuze viel op de Rijn bij Rhenen en de kersenboomgaard in de Betuwe aan de overzijde van de rivier, twee plekken die vrij dicht bij elkaar liggen. Op de Grebbeberg worstelden wij ons door buitengewoon dicht struikgewas richting rivier, we vonden de plek waar de schilder had gestaan en ontdekten ver in het verschiet een verandering in het landschap: de kerncentrale bij Dodewaard. De kersenboomgaard met uitzicht op de Wageningse berg leverde minder problemen op. Het idee was dus uitvoerbaar! Zeer tevreden reden wij terug naar Zoetermeer, ons verheugend op het vooruitzicht veel op reis te gaan.

Op dezelfde rit huiswaarts zagen we echter ook tal van problemen opdoemen: niet alleen waren de locaties over het hele land verspreid, we moesten ook nog rekening houden met de jaargetijden om bloembollenvelden, bloeiende boomgaarden, bloeiende heide en korenoogst te kunnen fotograferen. Daarnaast is voor het maken van een dergelijke tentoonstelling ook veel voorbereidend onderzoek nodig: naar de uitgever, de overwegingen bij de keuze van de kunstenaars en de biografie van de betrokken kunstenaars, etc. U begrijpt het al: de drukte van het museum, er kwam niets van.

Het vooronderzoek werd in het studiejaar 1988-'89 uitgevoerd door Milly de Korn, als afstudeerproject aan de Reinwardtacademie. De plannen voor realisering waren weer een stap dichterbij gekomen. Na haar vertrek bleef het werk noodgedwongen weer liggen. Voor fotograferen hadden we gewoon geen tijd. Totdat eind 1991 de Heer Horstmann, directeur van het Drents Museum te Assen, bij mij binnen stapte en vertelde over het plan een tentoonstelling te gaan maken over de Drentse geograaf R. Schuiling. Op dat moment pasten alle stukken in elkaar: het concept voor een tentoonstelling lag gereed, de vraag was alleen of 'Assen' er iets voor voelde. De Heer Horstmann reageerde enthousiast en er werd tot samenwerking besloten.

Al spoedig bleek ons welke voordelen de samenwerking met een groot museum biedt: er kwam een projectleider, een projectgroep en een fotograaf. De Heer Horstmann wist de A.N.W.B. te interesseren. En, zoals men in Assen gewend is, er zou een catalogus verschijnen. Kortom, het project nam een vorm aan die het schoolmuseum alleen nooit had kunnen realiseren.

Op 28 november 1992 werd de tentoonstelling in Assen geopend. Van 27 maart t/m 5 september 1993 zal de tentoonstelling in ons museum te Rotterdam te zien zijn. Het boek, een gezamenlijke uitgave van het Drents Museum, het Nationaal Schoolmuseum en de A.N.W.B., is schitterend geworden. Alle platen uit de serie zijn er in afgebeeld, met de foto's van de huidige situatie, die in sommige gevallen onherkenbaar is veranderd. Tijs van Ruiten schreef een voortreffelijke inleiding.

'Veranderend landschap' is uiteindelijk een tienjaren plan geworden. De grootste bevrediging voor ons ligt in het feit een idee in werkelijkheid uitgevoerd te zien. Ik raad u zeer aan de tentoonstelling te komen bezoeken!

Zakelijke info