Periodiek van de Vereniging Vrienden van het Nationaal Onderwijsmuseum

 


 

Dsa130109. Boekbespreking

 J.W.E. Klein, Geen vrouwen ofte kinderen, maer alleenlijk eerbare luijden. 400 jaar Goudse librije (1594‑1994) Eburon, Delft 1994

 Ter gelegenheid van het vierhonderdjarig bestaan van de (voormalige) librije in Gouda is een fraai uitgevoerd en informatief boekje verschenen. Die fraaie uitvoering betreft de functionele zwart‑witfoto's van onder andere dat gedeelte van de markante St. Danskerk in Gouda waar de librije gevestigd was, maar nog meer een achttal kleurenfoto's van het boekenbezit van die librije. De auteur is er in geslaagd binnen een bestek van nauwelijks 80 pagina's zowel een helder beeld te schetsen van het fenomeen van een librije in het algemeen als van de ontwikkelingsgeschiedenis van de librije in Gouda van 1594 tot het heden; dat wil zeggen tot het boekenbezit van het Streek Archief Hollands Midden (SAHM).

Op een ‑ getuige de vele voetnoten deskundige wijze en in een toegankelijke leesstijl wordt de ontstaansgeschiedenis voor de geïntereseerde leek onthuld. De perikelen rondom de reformatie, het confisqueren van de boeken uit de kloosters (men ging vroeger bepaald niet zachtzinnig te werk), het vergelijken van de catalogi van de schenkingslijsten, al deze kwesties laat de auteur de revue passeren zonder in een gortdroge opsomming van feitjes te vervallen. Zo komen we te weten dat deze stadsbibliotheek‑ die volgens het speurwerk van de auteur onder andere is voortgekomen uit de librije van de St. Danskerk ‑ ook als dependance van de Universiteitsbibliotheek van Utrecht heeft gefungeerd. Curieus is zonder meer het in 1612 opgesteld reglement van het librijebezoek in Gouda. Het feit dat de boeken vroeger gewoonlijk aan kettingen waren vastgelegd (zie ons verhaal over de librije in Zutphen), geen overbodige luxe is geweest getuige de nu volgende bepaling: 'Dat sij geen vrouwen ofte kinderen inde librie sullen leyden, maar alleenlijk eerbare luijden van de welck sij weeten dat de librie in geender manieren beschadicht sal worden'.

Hoewel deze uitgave zich voornamelijk beperkt tot de librije in Gouda, wordt in het eerste hoofdstuk, Voorspel geheten, uiteengezet waarom de van perkament vervaardigde boeken in de 15e en 16e eeuw zo duur waren. Voor één gemiddeld perkamenten handschrift waren ongeveer 20 tot 25 schaapsvellen nodig. Tel daar nog het arbeidsloon bij op en dan wordt het duidelijk waarom alleen de zeer rijken zich een beperkt boekenbezit konden veroorloven. Was een privé boekenbezit in eerste instantie een statussymbool, al gauw werd het bezit van boeken een teken van geleerdheid, zo betoogt de auteur.

Het enige 'minpuntje' aan deze uitgave vond ik het ontbreken van een algemene literatuurlijst aan het einde van'dit boek. Nu moet de lezer volstaan met de onder aan de desbetreffende bladzijde vermelde voetnoten, of is dit meer een luxe probleem voor een verwende, gemakzuchtige lezer? Voor zover uit deze bespreking nog niet gebleken was: op een heldere, zo men wil populair‑wetenschappelijke wijze wordt de lezer van de juiste informatie voorzien. Van harte aanbevolen.

Bert Stilma

 

Zakelijke info