Periodiek van de Vereniging Vrienden van het Nationaal Onderwijsmuseum

 


 

90404. Boekbesprekingen

 Mirjam Cornelis en Anja van Oostrom. Vrouwen, een vergeten geschiedenis in de schoolboeken. Een analyse van de huidige praktijk in dertig schoolboeken en aanbevelingen voor de toekomst. Utrecht: Wetenschapswinkel Letteren, Rijksuniversiteit Leiden, 1990. (ISBN 90‑72409‑08‑6)

Sinds jaren wordt gewezen op de tekortkomingen van schoolboeken aangaande de aandacht en waardering voor het leven en de maatschappelijke rol van vrouwen. Het tempo waarin schoolboeken veranderd worden, ligt doorgaans laag en inhoudelijk blijft de verandering meestal beperkt. Zo hebben Cornelis en Van Oostrom onlangs duidelijk gemaakt dat de zes meestgebruikte geschiedenismethoden voor LBO, MAVO, HAVO en VWO bepaald niet de indruk wekken dat vrouwen veel hebben bijgedragen aan het voortbestaan en de ontwikkeling van mens en samenleving.

Wát in de schoolboeken wordt geschreven over de bijdrage van vrouwen aan het maken van de geschiedenis is niet zozeer feitelijk onjuist maar er wordt wel zeer selectief en onvolledige informatie verstrekt. De vaak onbewust vooringenomen manier van kijken naar heden en verleden is een belangrijke oorzaak voor het ontstaan van 'blinde vlekken' in de geschiedschrijving. Niet alleen de rol en de positie van vrouwen, maar ook die van 'de gewone man', de econhmisch zwakke en politiek onderworpen groepen, vielen en vallen tot dusver nog maar al te vaak buiten het blikveld van geschiedschrijvers en ook van schoolboekenschrijvers.

Cornelis en Van Oostrom voerden, op verzoek van de Vereniging van Vrouwenstudies, bij de Wetenschapswinkel Letteren van de Rijksuniversiteit Utrecht een onderzoek uit naar de mogelijkheden om vrouwengeschiedenis in het Voortgezet‑ en Volwassenenonderwijs in te passen. Ze maakten een inhoudsanalyse van de geschiedenismethoden Kijk op de tijd en Sprekend Verleden. Daarnaast zijn ze nagegaan hoe in zes geschiedenismethoden de onderwerpen: de Verlichting, de Franse Revolutie en de Nederlandse Koloniën worden behandeld. Met veel citaten wordt duidelijk gemaakt dat vrouwen vaak onzichtbaar blijven en voor zover ze wel aan bod komen veelal een onbetekenende rol krijgen toebedeeld.

Bedoeling was om naar aanleiding van deze inhoudsanalyse concrete suggesties en aanbevelingen te doen hoe vrouwengeschiedenis geďntegreerd op te nemen in het gangbare geschiedenisonderwijs. In het woord vooraf richten de auteurs zich met name tot docenten op scholen voor Voortgezet‑ en Volwassenenonderwijs, lerarenopleidingen, schoolboekauteurs en redacteuren van educatieve uitgeverijen. Dát er het een en ander mankeert aan de geschiedenismethoden maken ze in hun onderzoek wel duidelijk. Hoe een verbetering gerealiseerd zou kunnen worden, daarover komen we weinig te weten. De aanbevelingen blijven in omvang beperkt tot één pagina en ofschoon niet

onbelangrijk zijn ze van dusdanig globale strekking dat docenten daar in hun onderwijspraktijk weinig houvast aan zullen hebben. De aanbeveling dat in geschiedenisboeken naast de politiekeconomische invalshoek ook evenredige aandacht komt voor de sociaalculturele en mentale geschiedenis, is zeker relevant. Met zo'n verbrede kijk zal het sekse‑, klasse‑ en etnisch‑specifieke karakter van de geschiedenis op een evenwichtiger wijze kunnen worden uitgewerkt in de schoolboeken.

Helaas laten de auteurs vragen onbesproken als: hoe integreer je vrouwengeschiedenis?; wie waagt zich aan het (her)schrijven van het geschiedenisboek?; is het wel verstandig om te blijven wachten op de HH schoolboekauteurs, de redacteuren van educatieve uitgeverijen?; waarom zouden leraren en leerlingen niet gezamenlijk hun geschiedenisboek schrijven en in eigen beheer uitgeven?

Ik kom dan ook tot de slotsom dat de auteurs jammer genoeg in een inhoudsanalyse zijn blijven steken. Het doel om "degenen die te maken hebben met de onderwijspraktijk van het vak geschiedenis, praktische handvatten aan te reiken om vrouwengeschiedenis hier in op te nemen" (p. 6) wordt helaas niet waargemaakt.

Het rapport kan worden besteld door f. 10,‑ over te maken op gironummer 4987513 o.v.v. bestelling rapport vrouwengeschiedenis t.a.v. Wetenschapswinkel letteren, Achter de Dom 22, 3512 JP Utrecht.

Hans de Frankrijker

 

Zakelijke info