Periodiek van de Vereniging Vrienden van het Nationaal Onderwijsmuseum

 


 


200202. Vader Cats' advies voor de Nederlandse jeugd door Benjamin Roberts

 De zeventiende-eeuwse Nederlandse republiek was letterlijk en figuurlijk een jonge republiek. Amsterdam en andere steden kampten met het probleem van grote groepen jongeren die de stedelijke orde verstoorden. Door keuren of verordeningen probeerden de stadsbesturen de vrijheid van de jeugd in te perken. Kerkenraden en ouders maakten zich zorgen over de verleidingen voor de jeugd in de steden. In die tijd kwam Jacob Cats (1577-1660) met zijn adviezen voor de jeugd.

 In de loop van de zeventiende en achttiende eeuw werden zo'n 300.000 exemplaren van de werken van Cats verkocht. Met bestsellers als Houwelijck - waarvan 50.000 exemplaren werden gedrukt, Spiegel van den ouden ende nieuwen tijdt - waarvan 25.000 exemplaren werden verkocht - en Trou-ringh was Vader Cats in bijna elk Nederlands gezin aanwezig. In deze bijdrage willen we het advies van Vader Cats over seksueel gedrag en vrijetijdsbesteding van jongens en jonge mannen in Spiegel van den ouden ende nieuwen tijdt onder de loep nemen.

`De jeugd van tegenwoordig' Voor wij deze adviezen gaan bezien, kijken we eerst naar de toestand van de Nederlandse steden toen deze boeken werden uitgegeven. Het aantal inwoners in de steden van de republiek steeg in de loop van de zeventiende eeuw dramatisch. Deze explosie in de populatie werd voornamelijk veroorzaakt door de economische groei die immigranten uit heel Europa trok. Vele immigranten waren jong en afkomstig uit agrarische gebieden. Voor stadsbesturen vormde de aanwezigheid van vele jonge mensen met vrije tijd een bedreiging voor de openbare orde. In tijden van politieke onrust waren het voornamelijk jongens en jonge mannen die de straat opgingen. Ze veroorzaakten rellen, plunderden en gooiden met stenen. In de loop van de zeventiende eeuw steeg het aantal stadskeuren dat de activiteiten van de jeugd probeerde te beperken enorm. Zo mochten jeugdige personen niet in openbare plaatsen bijeenkomen (rondhangen zoals dat tegenwoordig heet), niet de openbare orde verstoren, geen optochten door de straten houden, niet dobbelen, geen rekening hebben in een café, geen vuurwerk afsteken, geen stenen naar kerkgebouwen gooien of andere vormen van vandalisme plegen.

 Humanistische pedagogiek

De republiek telde in de zeventiende eeuw vele denominaties. Een derde van de bevolking was roomskatholiek, een heel klein deel joods en dan waren er naast de gereformeerden allerlei kleinere protestantse groeperingen zoals lutheranen, doopsgezinden, remonstranten. Wat het opvoeden van kinderen betreft, waren de meeste ouders geneigd de boeken van de gematigde Jacob Cats te raadplegen. Ook de jeugd las graag diens boeken. In 1632 werd Spiegel van den ouden ende nieuwe tijd uitgegeven. Het werk was door Adriaen van de Venne fraai geïllustreerd, en zou een van de meest populaire emblemataboeken van de zeventiende eeuw worden. Tussen 1632 en 1663 werd het tien keer herdrukt. Helaas hebben we geen boekrecensies uit die tijd maar wel een lofprijzing in een brief van Caspar Barlaeus aan Cats uit 1634, in het Latijn geschreven met ongeveer de volgende inhoud: `U combineert wat nuttig is met wat eerbaar en aangenaam is, en geeft ze helder weer, zodat deze zaken door iedereen kunnen gelezen en begrepen worden. U schrijft om begrepen te worden. Aan de gewone man leert U wat van nut is in zaken, in het openbaar, in de slaapkamer en aan de eettafel' (Jansen, 1999, p. 228).

En dat is precies wat Cats in zijn Spiegel deed. Hij gaf praktisch en begrijpelijk advies over gedrag in het openbaar en in het huwelijk en over hoe kinderen moesten opgevoed worden in de dagelijkse omgeving, rond de keukentafel, bij de open haard of in de tuin. Adviezen en de spreekwoorden van Cats waren gemakkelijk te onthouden want ze waren op rijm gezet. Cats benadrukte het belang van de religieuze opvoeding, maar hij beklemtoonde ook dat het belangrijk was dat kinderen sociaal geaccepteerde burgers werden. Waarschijnlijk verklaart dit laatste waarom Cats ook zo populair was onder de katholieken in de zuidelijke Nederlanden. Sociaal gedrag en reputatie waren belangrijk in de vroegmoderne burgerlijke samenleving. De familienaam en reputatie konden makkelijk door slecht gedrag worden beschadigd.

Als we de ideeën van Cats ontleden komen we uit bij het humanisme. Erasmus bijvoorbeeld, hield ouders hun grote verantwoordelijk voor in de opvoeding van kinderen. Men moest kinderen liever prijzen dan straffen, liever aansporen en lokken dan dwingen, en vooral met een goed voorbeeld voorgaan. Alleen wanneer niets anders hielp zou men kunnen slaan. Wanneer kinderen adolescenten werden was dat advies nog steeds van toepassing. Humanisten in de vroegmoderne periode begrepen heel goed hoe labiel de periode van de adolescentie was. Volgens het onderzoek van Harry Peeters naar kind en jeugdige in de vroegmoderne tijd kenden adolescenten geen maat in de optiek van humanisten. "In alles wat zij voelden, dachten en deden waren de juiste verhoudingen zoek. Zij waren onevenwichtig in hun liefde en haatgevoelens, zij waren roekeloos, zij verwachtten teveel, zij waren te afhankelijk, zij waren goedgelovig, zij wisten zichzelf goed te' overtuigen en zij dachten alles te weten". Dit beeld van humanistische schrijvers vinden we terug in het gedachtegoed van Cats. Zijn spreekwoord `Men moet een paar narre-schoenen verslijten, eer men recht wijs wort' zegt het al. Dit spreekwoord werd geïllustreerd met een afbeelding van een jongen met narrenschoenen aan. Dit embleem laat allerlei bezigheden van de jeugd zien die toen als ondeugd werden bestempeld.

Een jonge man is aan het dansen tussen een tennisracket en een stapel kaarten, terwijl op de achtergrond een groep jonge mensen muziek aan het maken is. In de geschriften van vrome Calvinistische pedagogen uit de zeventiende eeuw zoals Johannes de Swaef en Jacobus Koelman werden zulke bezigheden altijd sterk afgekeurd en bestreden. Tennis bijvoorbeeld was een populair spel onder studenten. En slecht voor studenten, vanwege de weddenschappen. Spelen voor geld was een overtreding van het derde gebod van de decaloog. Met dobbelspel, kaarten en zelfs het kopen van een lot voor een loterij deed men een ijdel beroep op de Goddelijke voorzienigheid.

Het spelen van tennis en kaarten werd vaak geassocieerd met drinken. Na een potje tennis plachten Leidse studenten te gaan drinken. Bij de bevolking van Leiden waren de studenten berucht om hun uitbundige drinkfestijnen. Kaarten en dobbelen vonden vaak in speelhuizen en cafés plaats. De implicaties van tennis en kaarten hadden een domino effect. Tennis, kaarten en dobbelen werden uiteindelijk gokken en drinken - en drinken was een echte moederzonde. Overmatig drinken leidde naar geweld en promiscu gedrag.

 Advies over seksualiteit

Uit de brieven aan adolescente jongens in de zeventiende eeuw toonden ouders hun zorg over het gedrag van hun kroost. Vele ouders waarschuwden hun zoons tegen te veel drinken, omgaan met slecht gezelschap en de seksualiteit. Sommige auteurs van opvoedingsboekjes in de zeventiende eeuw negeerden de problemen rond de seksuele behoeften van de jeugd. Voor hen mocht seksualiteit alleen plaatsvinden binnen het huwelijk. Cats, integendeel, ging voor dit probleem niet uit de weg. In een embleem zien we een jongeman met een vrouw op schoot. Zachtjes laat zij haar hand over zijn wang en kin glijden. Cats waarschuwt jonge mannen voor de gevaren van het bezoeken van een hoer. Zonder het religieusmorele aspect van seks buiten het huwelijk te benadrukken, toonde Cats begrip voor aandriften waarmee jonge mannen kampten.

`Hij zegt: Ick was eens gestreelt, gekust en ick swom in volle lust, Want men boodt my hooger gunst, Al met woorden nae de kunst Als er oyt een echte man Van sijn wijf geworden kan.'

Cats sprak waarschijnlijk uit eigen ervaring. In zijn studententijd in Leiden was Cats erg bezorgd dat hij een dienstmeid zwanger had gemaakt. Op oudere leeftijd toen Cats Spiegel schreef wilde hij aan zijn jeugdige lezers uitleggen dat het plezier van het vlees kortstondig is. Na met de hoer naar bed te zijn geweest en haar betaald te hebben, wordt de jonge man weer op straat gegooid en vervangen door de volgende klant. Na afloop voelt hij zich hopeloos en heeft hij minder geld. De beste methode voor een jonge man is om zijn seksuele behoeftes te onderdrukken is het volgende:`Vrienden, wat ick bidden magh wort toch wijs uijt mijQ beklach, Let niet op de geyle lust, Want haar vuur is haest geblust, Maer denck om het ongeval Dat vrij langer dueren sal.'

Cats vertelt de jonge man dat bezoekers van een hoer te vergelijken zijn met de rupsen op een kool. In het embleem met de titel Yen rupse op een kool, een hoer in een huys waarschuwt Cats opnieuw voor vrouwen van lichte zeden en de consequenties die er aan vastzitten. Op dit embleem van Van de Venne is een oudere man te zien die naast een jongen loopt in een moestuin. De oudere man wijst naar een kool die wemelt van de rupsen.

In de zeventiende eeuw werden ook de seksuele behoeftes van vrouwen erkend. Zo werden in de schilderkunst, bijvoorbeeld door Jan Steen, hun lustgevoelens of verlangens uitgebeeld in het bekende thema van het zieke meisje of de zieke vrouw.

Vrouwen werden ziek als ze niet aan een man kwamen. In een embleem zien we een varken versierd met een gouden ring door zijn neus.

Terwijl Cats opmerkt dat goud meer waarde heeft in de oren van een jonge vrouw of een bruid, is de hoer die naast het varken loopt ronduit beledigd. Aan het eind van Cats' monoloog komt zij tot inzicht en keert zij zich naar de lezers toe en waarschuwt alle vrouwen om hun maagdelijkheid niet te grabbel te gooien.

 Slotopmerking

Hoe kunnen we de grote populariteit van Cats in de zeventiende eeuw verklaren? In 1618, in de voorrede van Minnebeeld, schreef Cats dat de jeugd niet in een boek is geïnteresseerd als het een stichtelijke titel heeft. Jongelui doen het dan niet eens open, want ze hebben liever het `soet galmende geluyt van liefkoosende klinckdichten', van amoureuze sonnetten, een belangstelling die Cats waardeerde maar waarbij het niet mocht blijven. Cats washen te slim af. Hij liet zijn Minnebeeld illustreren met een afbeelding van Cupido en refereerde in de titel aan de liefde. Met deze `worm-kruyt met suycker'benadering gaf Cats praktisch en moreel advies - dat was toch stichtelijk - verpakt in een leuke versiering. Dit was een slimme marketing aanpak, waarin Cats er blijk van gaf de aard van het Nederlandse volk te kennen en die volksaard goed te kunnen bespelen.

 Literatuur:

- J. Jansen (1999), `The Emblem Theory and Audience of Jacob Cats, in: J. Manning, K. Porteman & M. van Vaeck (red.): The Emblem Tradition and the Low Countries, Turnhout: Brepols, pp. 227-242
-N.F. Noordam (1961), `Cats als volksopvoeder', in: Paedagogische Studiën 38 no. 5.
- H.F.M. Peters (1966), Kind en jeugdige in het begin van de moderne tijd ca. 1500 - ca. 1650, Hilversum: Paul Brand.

Zakelijke info